Zoetis Colombovac PMV / POX Paramixo

 38,50

Zoetis Colombovac PMV / POX Paramixo (50ds) virus voor duiven. Voor de actieve immunisatie vanaf de leeftijd van 6 weken tegen aandoeningen veroorzaakt door duiven paramyxovirus type 1 en het duivenpokkenvirus.

Uitverkocht

Artikelnummer: ZOE-01* Categorie: Tags: , , ,
Omschrijving
Zoetis Colombovac PMV/POX Paramixo virus voor duiven (50ds)
Indicatie
Voor de actieve immunisatie vanaf de leeftijd van 6 weken tegen aandoeningen veroorzaakt door duiven paramyxovirus type 1 en het duivenpokkenvirus.
Gehalte aan werkzame en overige bestanddelen 
Per dosis van 0,2 ml:
Werkzame bestanddelen: Geïnactiveerd Newcastle disease virus, stam LaSota; tenminste 19,9 AU (AU: Antigen Unit).
Gelyofiliseerde fractie: Gevriesdroogd levend duivenpokkenvirus, stam DD, tenminste 103,5 CCID50 (Cell Culture Infective Dose 50%)
Vloeibare fractie:
Adjuvans: Carbomeer 934P (carbopol) 1 mg
Hulpstoffen: Thiomersal 20 μg
Dosering 
0,2 ml per dier, uitsluitend subcutaan toedienen.
Wijze van gebruik
Vaccinatieschema:
Basisvaccinatie: enkelvoudige vaccinatie, met één dosis per dier vanaf de leeftijd van 6 weken
Herhalingsvaccinatie: jaarlijks enkelvoudige vaccinatie met één dosis per dier.
Aanwijzingen voor een juiste toediening
De vloeibare Colombovac PMV fractie is bedoeld als suspendeervloeistof voor de gevriesdroogde Colombovac POX fractie.
Bijwerkingen
Op de injectieplaats kan een voorbijgaande zwelling met een diameter tot ongeveer 1 cm zeer vaak voorkomen; deze kan tot 4 weken of langer aanhouden. De zwelling verdwijnt normaal gesproken zonder behandeling. In gevallen waar de bijwerkingen niet spontaan verdwijnen dient de dierenarts gecontacteerd te worden.
Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.
Wachttermijn
Nul dagen.

Speciale voorzorgsmaatregelen tijdens bewaren
– Bewaren bij 2°C-8°C (in een koelkast).
– Beschermen tegen licht.
– Houdbaarheid na eerste opening flacon: direct gebruiken, niet bewaren.
– Niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket.
– Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Speciale waarschuwingen
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:
Intramusculaire toediening van het middel dient te worden vermeden.

Speciale waarschuwingen voor elke diersoort waarvoor het diergeneesmiddel bestemd is: Maternale antistoffen kunnen het resultaat van de vaccinatie ongunstig beïnvloeden.

Speciale voorzorgsmaatregelen, te nemen door degene die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient: In geval van accidentele zelfinjectie, dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd.
Classificatie

UDD